web analytics

Regio-Maasduinen

Landmark

is de punaise in Nieuw Bergen
Als een punaise op een plattegrond markeert de Landmark de plaats Nieuw Bergen, een Vinexwijk avant la lettre. De uitkijktoren is de spil in het plan om meer toeristen te lokken en het dorp nieuw elan te geven.

Landmark in Nieuw Bergen Beeld Stijn Bollaert
In de wirwar die de wereld is, zoeken we allemaal naar bakens: een punt op de horizon, de vuurtoren bij de haven, de dorpspomp op het plein. Gebouwen waarop we ons kunnen oriënteren, plekken die ons identiteit verlenen, waar we mensen ontmoeten. Zonder bakens raken we op drift. Zo ook Nieuw Bergen, het Limburgs plaatsje aan de N271, de Rijksweg die vanuit Nijmegen naar Venlo voert, langs de oevers van de Maas.

Routeknop Nieuw Bergen

06 Erdmenneke Landmark

Nieuw Bergen was een dorp zonder hart: een Vinexwijk avant la lettre, na de Tweede Wereldoorlog gebouwd als uitbreiding van het verderop gelegen Bergen. De opzet was simpel; er moesten gezinnen worden gehuisvest, wat gebeurde in eenvoudige, tweelaagswoningen. Het was de tijd dat de auto nog werd gevierd. Het dorp was daarop ontworpen: direct aan een afrit van de autoweg, met in het midden een parkeerplaats formaat voetbalveld en daaromheen winkels. Functioneel en modern heette het destijds, maar vijftig jaar later oogde het hopeloos gedateerd.

Nieuw Bergen, plat als een pannenkoek en anoniem als een postbus, belandde in een midlifecrisis. Wat doe je dan als new town? Je kunt natuurlijk een spectaculaire schouwburg in de stad laten landen, zoals het knaloranje Agoratheater in Lelystad, ontworpen door UN Studio. Of een bibliotheek in de vorm van een Boekenberg, zoals MVRDV in Spijkenisse bouwde. Maar in Nieuw Bergen, dat met 13 duizend inwoners geen publiek heeft voor zulke gebouwen, heeft men iets anders bedacht: de Landmark.

Het bouwwerk, ontworpen door architectenbureau Monadnock, is een 25 meter hoge toren die zijn bestaansrecht ontleent aan het simpele feit dat hij, als een punaise op een plattegrond, het dorp markeert. Wie over de provinciale weg aan komt rijden en het bakstenen bouwwerk – een compositie van drie blokken – ziet, weet voortaan: hier is Nieuw Bergen.

Slimme zet
‘Eigenlijk is het logisch’, legt architect Sandor Naus van Monadnock uit. ‘Nieuw Bergen heeft wel een kerk, maar geen kerktoren. Terwijl: elk dorp heeft hier een toren.’ Hij wijst in de verte naar Bergen en het Brabantse Boxmeer, waar je de klokken hoort luiden. Niet dat die kerken druk bezocht worden; de secularisatie zet ook in het zuiden door. Maar de kroegen, die van oudsher ernaast liggen, zijn nog wel populair. Vandaar dat projectontwikkelaar Concept-nl onder in de Landmark een horecaruimte heeft voorzien (waarvoor nog geen huurder is gevonden) terwijl het bovenste deel als uitkijkplatform is ontworpen. Dat laatste is een slimme zet, want Nieuw Bergen ligt midden in het natuurgebied de Maasduinen, waar veel toeristen op afkomen. Voorheen lieten zij het dorp links liggen, nu zie je dat fietsers bij de toren stoppen om naar boven te klimmen en te genieten van het panorama.

 

De Landmark staat niet op zichzelf; het project maakt deel uit van het centrumplan Mosaïque. Het stoplicht met uitvoegstroken dat de entree naar het dorp vormde, is vervangen door een zogenoemde ‘ovonde’, een ovale, met groen ingerichte rotonde. De geasfalteerde parkeervlakte is getransformeerd tot een autovrij dorpsplein, geplaveid met rode klinkers. Naast een grote supermarkt, de financiële ‘motor’ achter de vernieuwing (ontwikkelaar Johan van de Ven noemt het ‘de nieuwe kerk’), is een nieuw, ‘romantisch’ winkelgebouw verrezen op het plein.
De toren is de spil in dit plan. Hij is zo gepositioneerd dat alle straten erop uitkomen, terwijl rondom openbare ruimten zijn ontstaan: een groot marktplein, een ‘evenementenplein’ en een zonneplein met terras. De onderbouw, met zijn gemetselde gridstructuur, boogramen en vele metselverbanden, sluit in schaal aan op de bebouwing rond deze pleinen. De uitkijktoren maakt zich daarvan los en heeft een opengewerkte gevel die ’s nachts oplicht, zodat het gebouw verandert in een lantaarn. Het geheel is uitgevoerd in een zachtgroene steen, die ‘bemiddelt’ tussen het bakstenen winkelgebouw en het naastgelegen gemeentehuis met zijn modernistische, grijze gevels. ‘We wilden geen anomalie, geen Bilbao-effect’, zegt architect Naus. ‘De kunst was een autonoom object te maken dat toch zou passen op de plek.’ De ontwerpers, die streven naar ‘architectonische evolutie’, hebben zich laten inspireren door klassieke voorbeelden, zoals waaggebouwen en belforts met hun markante torens.

Bewoners herkennen iets anders in de Landmark. ‘Het oogt een beetje Turks’, giechelt een meisje. ‘Het lijkt net een moskee, ik vind het niks’, zegt een mevrouw die op een bankje voor het gemeentehuis een sigaret opsteekt. Het echtpaar dat boven op de toren staat, had dezelfde associatie. Nu het een uitkijktoren blijkt, zijn ze enthousiast. ‘Het is knap gedaan, het metselwerk en dat plein.’

Vast staat dat dit baken de gemoederen niet onberoerd laat. Er wordt over gesproken, en dat is goed, denkt Naus. ‘Uiteindelijk wil je vooral dat mensen iets hebben met zo’n gebouw. Niets dodelijker dan dat niemand er iets van vindt.’

Vertalen »